De natuur is weer
Aan slapen toegekomen
Je ziet het aan de bomen
Het is je vast en zeker niet bevallen
Haast alle bladeren zijn gevallen
Je moet vooral niet treuren
De bladeren schenken warme kleuren
Zij schenken boom en struik vruchtbare grond
Voedsel gesmacht door hun hongerige mond
Alleen de naalden van de dennen
Laten zich niet zomaar kennen
De bomen gaan van stugheid kraken
Dra zullen hun sappen het vloeien staken
Rond hun stam groeit een paddenstoelpracht
In kleur in overvloed breekbaar en zacht
Je proeft de zuurstof in de lucht
Waar ons bloed zo hard naar zucht
De bomen komen stilaan tot rust
Het is zo gepland en doelbewust
Laat verdriet je hart niet kerven
Door de zoete geuren van het sterven
Er komt weer nieuw leven
Ook al duurt dat nog even
Je zal het zien
Over een week of tien
En intussen misschien
Laat de winter zich niet eens zien
© Ludo Driesen
