Hanne is bang om te gaan slapen. Dat komt omdat ze bang is voor inbrekers. De angst wordt zo groot dat Hanne alleen nog maar bij haar ouders in bed durft te slapen. Dan gaat Hanne naar een psycholoog die haar in therapie neemt. Tijdens de therapie wordt veel over de angst gesproken. Maar Hanne en haar ouders krijgen ook raad en tips mee, zodat Hanne thuis met de hulp van haar ouders aan haar angst kan werken. Hanne slaagt er na verloop van tijd in om haar angstgrotendeels te overwinnen.
Kinderen met angst om te gaan slapen vinden in het eerste deel van dit boek, het therapieboek, heel wat troost en steun voor hun probleem. Zij krijgen voorlichting over hoe een therapie bij een psycholoog kan verlopen.
Zij krijgen vooral tips mee van hoe ze, samen met hun ouders, aan hun angst kunnen werken. Veel van de technieken en tips uit dit boek gelden ook voor andere angsten.
Want dit therapieboek voor kinderen ook erg leuk maakt, is dat het om een spannend verhaal gaat. Ouders krijgen tal van adviezen over hoe zij zelf, zonder de hulp van een psycholoog, hun kinderen met angst voor slapen kunnen helpen.
Het tweede deel, het leerboek, is geschreven voor ouders, begeleiders en hulpverleners. In dit leerboek worden de principes en technieken beschreven die in het therapieboek worden toegepast in de strijd tegen de slaapangst van Hanne. Het gaat om de geleidelijke benadering van de angstsituatie, de beloning van durfgedrag, de blokkering van angstgedachten en het probleemoplossende denken.